In de naam van Allah. De Barmhartige, de Meest Genadevolle.Mijn Heer, wij zoeken onze toevlucht tot U tegen de influisteringen van de shayatien. En wij zoeken onze toevlucht tot U, mijn Heer, zodat ze niet bij ons komen.Mijn Heer, Moge de vrede en zegeningen rusten op onze Profeet Mohammed, en op zijn familie en Metgezellen en een ieder die in zijn voetsporen treedt.

We staan vandaag stil bij een gebeurtenis in onze islamitische geschiedenis die van enorm belang is geweest in het leven van onze geliefde profeet SAW. Het is de reis tussen aarde en hemel, die profeet SAW heeft afgelegd in één nacht. Deze nachtelijke reis bestond uit twee gedeeltes; het eerste gedeelte heeft de profeet SAW afgelegd tussen Mekka en Jeruzalem waar de Masjid ul-Aqsa staat. Deze reis wordt de ‘Israa’ genoemd. En het tweede gedeelte is de reis vanuit de Masjid ul-Aqsa naar de hemelen. Deze reis wordt de ’Miraaj’ genoemd.

Allah SWT zegt in soerat al-Israa’, een soerat die naar deze nachtelijke reis is vernoemd:

“Verheven is Degene (Allah) Die Zijn dienaar (Mohammed) ‘nachts vanuit al-Masjied ul-Haraam (de gewijde moskee in Mekka) naar al- Masjid ul-Aqsa (de Aqsa moskee in Jeruzalem) deed reizen, waarvan Wij alles daaromheen hebben gezegend, opdat Wij hem (Mohammed) Onze Tekenen laten zien. Waarlijk, Hij is de Alhorende, de Alziende”.

 De profeet ﷺ werd op de nacht van Israa en Miraaj bezocht door de engel Jibriel A.S met het verzoek om met hem mee te gaan. De profeet ﷺ besteeg de ‘buraaq’. (Dat is een rijdier dat groter is dan een ezel en iets kleiner is dan een muilezel).

Hij reisde af vanuit Mekka naar Jeruzalem waar de Masjid ul-Aqsa staat. Hij heeft in Masjid ul-Aqsa twee raka’aat gebeden en is daarin een aantal profeten voorgegaan tijdens het gebed.

Vervolgens steeg de profeet ﷺ op zijn rijdier naar de hemelen waar hij verschillende boodschappers van Allah ontmoette om uiteindelijk bij Allah te komen. Daar heeft de profeet ﷺ de opdracht van Allah gekregen het gebed te verrichten. In eerste instantie was de opdracht van Allah 50(!) gebeden per dag en nacht. De profeet Moesa A.S. adviseerde onze profeet ﷺ echter om vermindering te vragen omdat het te zwaar zou zijn voor de moslims. Het aantal is uiteindelijk verminderd tot 5 keer per dag en nacht bidden, maar met een beloning van Allah voor 50 gebeden voor diegene die ze oprecht en op tijd bidt.

In de eerste verzen van soerat An-Nadjm (53) vertelt Allah SWT over de hemelvaart die profeet ﷺ heeft gemaakt en over het bereiken van de ‘Sidrat ul- Muntaha’; een lotusboom in het Paradijs.

De ochtend na de nacht van Israa en Miraaj vertelde de profeet ﷺ de mensen in Mekka wat hij had meegemaakt. De ongelovige Arabieren lachten hem ﷺ uit, en geloofden niet in het wonder van Allah, dat iemand ongeveer 1300 KM in één nacht kon afleggen en terugkomen en een reis kon maken naar de hemelen. Om de profeet ﷺ ten val te brengen vroegen zij hem de Masjid ul-Aqsa te beschrijven. Voor hun handel waren zij daar al vaker geweest en zij wisten dat de profeet ﷺ niet eerder in Jeruzalem is geweest. Door hulp van Allah SWT beschreef de profeet ﷺ precies hoe de Masjid eruit zag, deur voor deur, muur voor muur. Maar zij volhardden in hun ongeloof en geloofden hem nog steeds niet.

Zij gingen naar Abu Bakr R.A om hem te confronteren met wat de profeet ﷺ hen had verteld die ochtend, in de hoop dat Abu Bakr dit verhaal niet zou geloven en de islam zou verlaten. Het antwoord van sayjiedoena Abu Bakr was onvoorstelbaar en duidelijk. Hij zei tegen hen:

 

“Als hij dat heeft verteld, dan heeft hij ook de waarheid verteld”. De mensen vroegen toen: “Geloof jij hem hierin?”. Hij antwoordde: “Ik geloof hem in meer dan alleen dit. Ik geloof hem in alle berichten die van de hemel komen, dag en nacht”. Dit heeft hem de eervolle bijnaam ‘Assidieq’ (de vertrouweling) opgeleverd.

De overleveringen over de Israa en Miraaj zijn veelvuldig. Hierin beschrijft de profeet ﷺ wat hij gezien heeft aan beloningen voor de vrome en nobele gelovigen en welke straffen de ongelovigen en de overtreders van Allah’s wetten staan te wachten.

 

De belangrijkste lessen die wij uit deze gebeurtenis kunnen leren is als eerste het belang van het gebed. De enige opdracht tot aanbidding die Allah niet via de engel Jibriel heeft gezonden, maar waarvoor Allah zijn profeet heeft uitgenodigd bij Hem te komen om hem dit cadeau te geven. De 5 gebeden per dag; de sleutel tot succes in dunia (wereldse leven en akhira (hiernamaals).

Helaas is de tijd nu niet toereikend om uitgebreid in het verhaal van Israa en Miraaj te duiken, maar het staat vol tekenen en lessen over hoe wij ons dienen te gedragen als gelovigen; het belang van de moskee en de vrijwillige gebeden, het belang van dhikr (Allah gedenken), het gevaar van roddelen en liegen en vele andere lessen.

 

De gelovige moslim is verplicht in deze nachtelijke reizen van de profeet ﷺ te geloven en zich erin te verdiepen en deze gebeurtenissen mee te nemen in de opvoeding van onze kinderen. Vertel je kinderen over de Israa en Miraaj en herinner ze er elke jaar aan dat dit heeft plaatsgevonden en breng zo het gebed en het leven van de profeet ﷺ in jullie gezinnen en in jullie huizen.

 

Mijn Heer, vergeef onze tekortkomingen en die van onze ouders en van de gelovigen op de Dag waarop de afrekening plaatsvindt. Ameen.