Hadith 31
Hadith 32
Hadith 33
Hadith 34
Hadith 35

Een hadith qudsi bevat de woorden van Allah die ons overgeleverd zijn door de Profeet (vrede en zegeningen zij met hem). Deze woorden maken geen deel uit van de Koran. In deze rubriek verschillende hadith qudsi.

Hadith 31

Op gezag van Joendoeb(moge Allah tevreden over hem zijn), die zei dat de Boodschapper van Allah (moge hij de zegeningen en vrede van Allah krijgen) vertelde:
“Een man zei: “Bij Allah, Allah zal ‘die en die’ niet vergeven.” Hierop zei Allah, de Almachtige: “Wie is dat, die Bij Mij zweert dat Ik ‘die en die’niet zal vergeven? Waarlijk Ik heb ‘die en die’vergeven en Ik heb jouw (eigen goede) daden teniet gedaan [49] (of van soortgelijke strekking) [50].
Dit is overgeleverd door Moeslim.
______________
49 Een zelfde Hadith is door Aboe Dawoed(ra) overgeleverd waarin aangeduid wordt dat de persoon waar deze Hadith op slaat een godsvruchtige man was wiens vorige goede daden teniet werden gedaan door te verklaren dat Allah iemands slechte daden niet zou vergeven.
50 Een formule om de mogelijkheid te dekken dat er een kleine variant in de bewoording kan zijn

Hadith 32

Op gezag van Aboe Hurairah(moge Allah tevreden met hem zijn) van de Profeet(moge hij de zegeningen en vrede van Allah krijgen), die zei:
“Een man had grote zonden tegen zichzelf begaan, en toen de dood naderde, beval hij zijn zoons: “Als ik overleden ben, verbrand mij, vermaal mij dan en strooi (mijn as) in de zee, want, bij Allah, als mijn Heer mij te pakken krijgt, dan zal Hij mij op zo’n manier straffen als Hij niemand anders heeft gestraft.” Dit deden zij met hem. Toen zei Hij (Allah) tegen de aarde: “Breng voort wat je hebt genomen – en daar was hij! En Hij (Allah) zei tegen hem: “Wat heeft jou ingegeven om te doen wat je deed?” Hij zei: “Angst voor U, O mijn Heer(of hij zei: “Ik was bang voor U) [51] en om deze reden vergaf Hij hem.
Dit is overgeleverd door Moeslim ( ook door Al-Boechari, an-Nasa’i en Ibn Maadjah).
__________
51 Een andere bewoording

Hadith 33

Op gezag van Aboe Hurairah(moge Allah tevreden met hem zijn), van de Profeet(moge hij de zegeningen en vrede van Allah krijgen), van onder de zaken die hij van zijn Heer(de Almachtige, de Verhevene) heeft overgeleverd, waarover hij zei:
“Een dienaar (van Allah) beging een zonde en zei: “O Allah vergeef mij mijn zonde.” En Hij (de Verheerlijkte en Verhevene) zei: “Mijn dienaar heeft een zonde begaan en weet dat hij een Heer heeft Die de zonde vergeeft en ze bestraft.” Toen zondigde hij opnieuw en zei: “O Heer vergeef mij mijn zonde.” En Hij (de Verheerlijkte en Verhevene) zei: “Mijn dienaar heeft een zonde begaan en weet dat hij een Heer heeft Die de zonde vergeeft en ze bestraft.” Toen zondigde hij opnieuw en zei: “O Heer vergeef mij mijn zonde.” En Hij (de Verheerlijkte en Verhevene) [52] zei: “Mijn dienaar heeft een zonde begaan en weet dat hij een Heer heeft Die de zonde vergeeft en ze bestraft. Doe wat je wilt, want Ik heb je vergeven.”
Dit is overgeleverd door Moeslim (ook door Al-Boechari. An-Nasa’i en Ibn Maja)
___________
52 Dat wil zeggen Allah, de Verhevene zei:…

Hadith 34

Op gezag van Anas(moge Allah tevreden met hem zijn), die zei:”Ik hoorde de Boodschapper van Allah(moge hij de zegeningen en vrede van Allah krijgen) zeggen: “Allah de Almachtige zei:
“O Zoon van Adam, zo lang je een beroep op Mij doet en Mij vraagt, zal Ik je vergeven voor wat je gedaan hebt, en Ik vind dat niet erg. O zoon van Adam, al reikten je zonden tot de wolken van de hemel, als je mij om vergeving vroeg, zou Ik je vergeven. O zoon van Adam, als je tot Mij kwam met zonden, die bijna zo groot als de aarde waren en als je Mij onder ogen zou komen, zonder Mij deelgenoten toe te schrijven, dan zou Ik je vergiffenis geven bijna zo groot als dat.” [53] Dit is overgeleverd door at-Tirmidhi (ook door Ahmad ibn Hanbal). De overleveringsketen is betrouwbaar. [54] _________________
53 Dat wil zeggen: als de aarde
54 Zie Al- Albani (Al-Hadith al-Sahiha) hadith nummer 127 deel 1 bladzijde 39. Al-Nawawi (Ryadat al-Salihien) hoofdstuk “vergeving” (Al-istaghfar) hadith 1876).

Hadith 35

Op gezag van Aboe Hurairah(moge Allah tevreden met hem zijn), die zei dat de Boodschapper van Allah(moge hij de zegeningen en vrede van Allah krijgen)zei:
“Onze Heer (de Verheerlijkte en Verhevene) daalt iedere nacht af tot de hemel van de aarde, als het laatste derde deel van de nacht aanbreekt en Hij zegt: “Wie zegt er een gebed voor Mij dat Ik mag beantwoorden? Wie vraagt Mij iets wat Ik hem kan geven? Wie vraagt er om vergiffenis zo dat Ik hem kan vergeven?”
Dit is overgeleverd door Al-Boechari (ook door Moeslim, Malik, at-Tirmidhi en Aboe Dawoed).In een versie door Moeslim eindigt de Hadith met de volgende woorden:
En zo gaat Hij door tot (het licht van) de dageraad aanbreekt.

Hadith 36

Op gezag van Anas (moge Allah tevreden met hem zijn) van de Profeet(moge hij de zegeningen en vrede van Allah krijgen), die zei:
“De gelovigen zullen op de Dag der Opstanding bij elkaar komen en zeggen: “Moeten wij niet (iemand) zoeken die voor ons bij onze Heer kan bemiddelen?” Ze zullen zodoende bij Adam komen en zeggen:”U bent de vader van de mensheid; Allah heeft u met Zijn hand geschapen en Hij zorgde ervoor dat de engelen zich voor u bogen en Hij leerde u de namen van alle dingen, bemiddel dus voor ons bij onze Heer, zodat Hij ons wat verlichting geeft van deze plaats waar we zijn. En hij zal zeggen: “Ik ben niet in de positie (om dat te doen)”- en hij zal zijn fouten noemen en hij zal zich schamen en zeggen:”Ga naar Noach, want dat is de eerste boodschapper die Allah naar de bewoners van de aarde stuurde. Zodoende zullen ze bij hem komen en hij zal zeggen: “Ik ben niet in de positie (om dat te doen)”- en hij zal vertellen dat hij iets van zijn Heer vroeg waarvan hij niet de (gepaste) kennis had [55], en hij zal zich schamen en zeggen: “Ga naar de Vriend van de Genadige [56] . Zo zullen ze bij hem komen en hij zal zeggen: “Ik benniet in de positie (om dat te doen).” Ga naar Mozes, een dienaar waartegen Allah gesproken heeft en die Hij de Torah heeft gegeven. Zo doende zullen zij bij hem komen en hij zal zeggen:”Ik ben niet in de positie (om dat te doen)” en hij zal het hebben (over het feit) dat hij een leven had genomen, anders dan voor een leven [57] en hij zal zich in het aangezicht van zijn Heer schamen en zal zeggen: “Ga naar Jezus, Allah’s dienaar en boodschapper, Allah’s woord en geest. Zo zullen ze bij hem komen en hij zal zeggen: “Ik ben niet in de positie (om dat te doen).” Ga naar Mohammed(moge hij de zegeningen en vrede van Allah krijgen), een dienaar die Allah al zijn verkeerde daden, in het verleden en in de toekomst, heeft vergeven. “Zo zullen ze bij mij komen en ik zal naar voren treden en om toestemming vragen om bij mijn Heer te komen, en de toestemming zal mij gegeven worden, en als ik dan mijn Heer zie, dan zal ik knielen. Hij zal mij in die houding laten, net zolang als Hij dat wil, dan zal er (tegen mij) gezegd worden: “Verhef je hoofd. Vraag en het zal je gegeven worden. Spreek en het zal gehoord worden. Bemiddel en je bemiddeling zal geaccepteerd worden.”Dan zal ik mijn hoofd opheffen en Hem prijzen in de vorm die Hij mij geleerd heeft. Dan zal ik bemiddelen en Hij zal mij een grens stellen(van het aantal mensen), dan zal ik hen in het paradijs toelaten. Dan zal ik naar Hem terugkeren en als ik mijn Heer zie(dan zal ik neerknielen)zoals eerder.Dan zal ik bemiddelen en Hij zal mij een grens stellen(van het aantal mensen).Dezen zal ik in het paradijs toelaten. Dan zal ik de derde keer terug keren, en de vierde, en ik zal zeggen:”Er blijven in het hellevuur slechts degenen achter waarvan de Qor’aan het bepaald heeft [58] en die daar tot in de eeuwigheid moeten verblijven.”
Dit is overgeleverd door Al-Boechari (ook door Moeslim, a-Tirmidhi en Ibn Maadjah).Een andere versie van Al-Boechari voegt daar aan toe: De Profeet (moge hij de zegeningen en vrede van Allah krijgen) zei:
“Degene, die zegt: “Er is geen god behalve Allah” en die in zijn hart de goedheid heeft ter zwaarte van een gerstekorrel, zal uit het hellevuur komen; dan zal degene, die zegt:”Er is geen god behalve Allah” en die in zijn hart de goedheid heeft ter zwaarte van een graankorrel, uit het hellevuur komen; dan zal degene die zegt: “Er is geen god behalve Allah” en die in zijn hart de goedheid heeft ter zwaarte van een atoom, uit het hellevuur komen.”
_______________
55 Dit slaat op de Qor’aan, Soera 11:45-46, waarin Noach de Almachtige vraagt om zijn zoon van de Vloed te redden en waarin hem verteld wordt dat zijn zoon geen goede daden verricht heeft en dat hij, Noach niet moet verwachten dat hij gered zou worden, alleen maar omdat het zijn zoon is. 56 Dat wil zeggen: Ibrahim
57 Dit verwijst naar de Qor’aan Soera 28:15-16, waarin wordt verteld hoe Mozes een van zijn volgelingen te hulp kwam, die in gevecht was met een andere man, hij sloeg die andere man, en die overleed aan de klap.
58 Dat wil zeggen degenen waar de Qor’aan naar verwijst als “voor altijd verblijvend”.

Hadith 37

Op gezag van Aboe Hurairah(moge Allah tevreden met hem zijn), die zei dat de Boodschapper van Allah(moge hij de zegeningen en vrede van Allah krijgen) zei: “Allah heeft gezegd:
“Ik heb voor Mijn rechtgeschapen dienaren voorbereid wat geen oog ooit gezien en geen oor ooit gehoord heeft, noch is het in het menselijk hart verschenen.Reciteer dus, als je wenst [59] : “En geen enkele ziel weet, welke vreugde er voor hem verborgen blijft.” [60] “
Dit is overgeleverd door Al-Boechari,Moeslim,at-Tirmidhi en Ibn Maadjah.
___________
59 De woorden: “Reciteer dus als je wenst” zijn de woorden van Aboe Hurairah.
60 Qor’aan Soera 32:17

Hadith 38

Op gezag van Aboe Hurairah (moge Allah tevreden met hem zijn), die zei dat de Boodschapper van Allah(moge hij de zegeningen en vrede van Allah krijgen)zei:
“Toen Allah het paradijs en het hellevuur geschapen had, stuurde Hij Djibriel naar het paradijs en zei: “Kijk ernaar en kijk wat Ik daarin voor zijn bewoners heb voorbereid!! Hij [61] zei: “Hij kwam er dus naar toe en keek ernaar en naar wat Allah voor de bewoners had voorbereid.Hij [62] zei:”Hij keerde terug tot Hem en zei: Bij Uw glorie, niemand hoort ervan zonder er binnen te treden. Derhalve beval Hij dat het met allerlei soorten moeilijkheden omringd moest worden [63] en Hij zei: “Keer er naar terug en kijk naar wat Ik er voor de bewoners in voorbereid heb. Hij [64] zei:”Hij keerde zodoende terug naar Hem en zei: “Bij al Uw glorie, ik ben bang, dat er niemand naar binnen zal gaan.” Hij zei: “Ga naar het hellevuur en kijk ernaar en naar wat Ik voor zijn bewoners erin heb voorbereid”, en hij ontdekte dat het lagen boven elkaar waren. Toen kwam hij bij Hem terug en zei: “Bij Uw glorie, niemand, die hierover hoort zal er binnen willen treden.”Derhalve beval Hij dat het omringd met lust moest zijn. Toen zei Hij: “Ga ernaar terug.” En hij ging er naar terug en zei: “Bij Uw glorie, ik ben bang dat niemand aan de binnenkomst erin zal ontsnappen.
Dit werd overgeleverd door at-Tirmidhi, die zei dat het een goede en betrouwbare Hadith was (ook door Aboe Dawoed en an-Nasa’i)
_____________
61 Dat wil zeggen de Profeet(vzmh)
62 Dat wil zeggen de Profeet(vzmh)
63 Het Arabische woord dat hier gebruikt wordt is makarih, dit betekent letterlijk “zaken waar een afkeer van is.” In deze context slaat het op vormen van religieuze discipline, positief en negatief, die de mens meestal zwaar ervaart.
64 Dat wil zeggen de Profeet(vzmh)

Hadith 39

Op gezag van Aboe Sa’id al-Khudri (moge Allah tevreden met hem zijn) van de Profeet(moge hij de zegeningen en vrede van Allah krijgen), die zei:
“Het paradijs en het hellevuur waren samen aan het redetwisten, het hellevuur zei: “In mij zijn de machtigen en de hooghartigen.” Het paradijs zei: “In mij zijn de zwakken en de armen.”Daarom oordeelde Allah tussen hen (en zei:.)”Jij ben het paradijs, Mijn genade, door jou geef Ik genade aan wie Ik maar wil. En jij ben het hellevuur, Mijn straf, met jou straf Ik wie Ik maar wil, en het is Mijn plicht dat Ik jullie allebei vul.”
Dit is overgeleverd door Moeslim (ook door Al-Boechari en at-Tirmidhi).

Hadith 40

Op gezag van Aboe Sa’id al-Khudri(moge Allah tevreden met hem zijn) die zei dat de Profeet(moge hij de zegeningen en vrede van Allah krijgen), zei:
“Allah zal tegen de bewoners van het paradijs zeggen: “O bewoners van het paradijs!” Zij zullen zeggen: “O onze Heer, wij presenteren onszelf aan U en zijn er tot Uw genoegen, en goedheid is in Uw handen.” Dan zal Hij vragen:”Zijn jullie tevreden?” En zij zullen zeggen:”Hoe zouden we niet tevreden kunnen zijn, O Heer, als U ons (iets) gegeven heeft wat U aan niemand anders in Uw schepping gegeven heeft?” Dan zal Hij zeggen:”Willen jullie dat Ik jullie iets beters geef, dan dit?” En zij zullen zeggen:”O Heer en wat is dan beter dan dit?”En Hij zal zeggen: “Ik zal ervoor zorgen dat Mijn gunsten op jullie neerdalen en zal daarna nooit meer ontevreden over jullie zijn.”
Dit is overgeleverd door Al-Boechari (ook door Moeslim en at-Tirmidhi).