De goede zeden in de Koran en de Sunnah

In een hadith staat vermeld dat aan profeet Mohamedﷺ gevraagd werd welke muslim een perfect geloof heeft. Profeet Mohamedﷺ antwoordde:“Hij die het beste moreel karakter heeft”. De koran en sunnah bevatten veel informatie over het persoonlijkheidsideaal voor een muslim.

Een paar voorbeelden van wat volgens de islam de ideale muslim is:

– Betoont naastenliefde

“Niemand van jullie is gelovig, zolang hij niet voor zijn broeder wenst, wat hij voor zichzelf wenst.”. (Uitspraak van de Profeetﷺ , in de collecties van Buhkari en Muslim, en nr 13 in An-Nawawi) “(de aartsengel) Gabriël drukte me zo vaak op het hart mijn buur goed te behandelen dat ik dacht dat hij hem erfrechten zou toekennen.” (Uitspraak van profeet Mohamedﷺ in de collectie van Sahih Muslim nr 6354)

 

– Bewandelt de middenweg en schuwt extremen

“Jullie die geloven! Zeg niet dat de goede dingen die God jullie heeft toegestaan verboden zijn en begaat geen buitensporigheden; God bemint diegenen die buitensporigheden begaan niet.” (Koran 5:87)

 

– Doet goede werken

“God is met hen die godvrezend zijn en hen die goed doen.” (Koran 16:128)

 

– Heeft verantwoordelijkheidszin

“Elkeen is een bewaker en is verantwoordelijk voor hetgeen aan hem toevertrouwd werd” (Uitspraak van profeet Mohamedﷺ gemeld door Umar, in de collecties van Bukhari en Muslim)

 

– Is trouw aan een gegeven woord, komt beloften en afspraken na

“Komt Gods verbintenis na wanneer jullie een verbintenis aangaan en verbreekt de eden niet na de bekrachtiging ervan.” (Koran 16:91)

 

– Is oprecht en waarachtig, liegt niet en huichelt niet

“De huichelaars en de huichelaarsters horen bij elkaar, zij gebieden het verwerpelijke, verbieden het behoorlijke en houden hun handen stijf op hun beurzen; zij vergeten God en dus vergeet Hij hen. De huichelaars, dat zijn de verdorvenen.” (Koran 9:67)

 

– Is vergevingsgezind

“De Profeetﷺ zei: Wie geen genade heeft voor anderen zal geen genade ontvangen van God.”

 

– Is goed voor zijn buren, ongeacht hun geloof

Een man vroeg! “O Boodschapper van God! Er is een vrouw die bidt, aan liefdadigheid doet en vaak vast, maar ze kwetst haar buur met haar woorden (door hem te beledigen).” De Boodschapper van Godﷺ zei: “Ze zal naar de Hel gaan”. De Man zei: “O Boodschapper van God! Er is een andere vrouw die bekend staat voor hoe weinig zij vast en bidt, maar ze geeft aan goede werken van de gedroogde yoghurt die ze maakt, en ze doet haar buren geen kwaad.”. Hij zei: “Zij zal naar het Paradijs gaan”. (Uitspraak van Profeet Mohamedﷺ gemeld door Abu Hurayrah, in de collectie van Musnad Ahmad)

 

– Is niet hoogmoedig maar nederig

“Wend je wang niet hoogmoedig van de mensen af en loop niet verwaand op de aarde rond. God bemint geen enkele ingebeelde en verwaande.” (Koran 31:18)

 

– Is werklustig en profiteert niet van anderen

De Profeetﷺ zei: “niemand heeft ooit een betere maaltijd gegeten dan de maaltijd die hij verdiend heeft door het werken met zijn eigen handen. De profeet van God, David, placht te eten van de verdiensten van zijn manuele arbeid” (Bukhari)

 

 

– Is vriendelijk en zachtmoedig

De Profeetﷺ zei: “uw glimlachen naar uw broeder is een daad van liefdadigheid.” (Uitspraak van Profeet Mohamedﷺ in de collectie van Tirmidhi)

 

– Streeft vrede na en vermijdt ruzies en conflicten

De Profeet zeiﷺ : “Ik garandeer een huis in de omgeving van het Paradijs voor iemand die geruzie vermijdt zelfs als hij in zijn recht is, een huis in het midden van het Paradijs voor iemand die leugens vermijdt zelfs al grappend, en een huis in het bovenste deel van het Paradijs voor iemand die zijn karakter goed gemaakt heeft.” (Uitspraak van Profeet Mohamedﷺ gemeld door Abu Umamah, in de collectie van Abu Dawud)

 

– Is opgewekt en maakt het leven voor zijn naasten gemakkelijk

De Profeetﷺ zei: “Maak de zaken gemakkelijk, niet moeilijk, en wees opgewekt, niet bedreigend”(Uitspraak van Profeet Mohamedﷺ , in meerdere hadith collecties)

 

– Is niet krenterig maar vrijgevig en hulpvaardig

“Zij die gierig zijn met wat God hun van Zijn goedgunstigheid gegeven heeft, moeten niet denken dat het goed voor hen is. Welnee het is slecht voor hen; op de opstandingsdag zal dat waarmee zij gierig waren hen om de nek worden gehangen” (Koran 3:180)

 

– Is tevreden met wat hij heeft en is niet afgunstig van anderen

De Profeet zei: “Vermijd afgunst, want afgunst verslindt goede daden zoals vuur brandstof verslindt.”(Uitspraak van Profeet Mohamed gemeld door Abu Hurayrah, in de collectie van Abu Dawud)

 

– Beschouwt alle mensen als gelijken en onderdrukt niemand

De Profeetﷺ zei: “Er is geen zonde die meer in aanmerking komt om door God aan diegene die deze zonde begaat op voorhand in deze wereld bestrafd te worden samen met wat Hij voor hem in petto houdt voor het hiernamaals, dan onderdrukking en het verbreken van relaties.” (Uitspraak van Profeet Mohamedﷺ gemeld door Aby Bakrah, in de collectie van Abu Dawud)

 

– Respecteert de godsdienstvrijheid van iedereen

“Waarschuw de mensen, want jij bent slechts een waarschuwer. Je hebt niet de autoriteit om iemand te dwingen.” (Koran 88:22-23)

 

– Spot niet met andere mensen

“Jullie die geloven! Mensen moeten elkaar niet belachelijk maken. Misschien zijn zij juist beter dan zij! (…) En maakt geen aanmerkingen op elkaar en geeft elkaar geen scheldnamen” (Koran 49:11)

 

– Is geduldig

“Jullie die geloven! Neem jullie toevlucht tot geduld en salaat [gebed]. God is met hen die geduldig volharden.” (Koran 2:153)

 

– Is zorgzaam en verkwist niets

“De verspillers zijn de broeders van de satans en de satan is jegens zijn Heer ondankbaar.” (Koran 17:27)

 

– Reageert niet op provocaties

“Wanneer jij hen ziet die onze tekenen bespotten, wend je dan van hen af totdat zij op een ander gesprek overgaan” (Koran 6:68)

 

– Bemoeit zich niet met andermans zaken

De Profeet zei: “Behorende tot de perfectie van iemands islam is dat hij hetgeen waarmee hij geen zaken heeft, met rust laat.” (Uitspraak va Profeet Mohamed gemeld door Abu Hurayrah, in de collectie van Tirmidhi)

 

– Roddelt niet

“Jullie die geloven! Vermijdt vele vermoedens – sommige vermoedens zijn zonde – en spioneert niet en roddelt niet over elkaar” (Koran 49:12)

 

– Deelt zijn welvaart met de armen

“Hij die eet tot hij gevuld is terwijl zijn buur naast hem honger heeft, is geen gelovige” (Uitspraak van Profeet Mohamedﷺ , in de collectie van Bukhari)

 

– Is rechtvaardig, ook tegenover mensen die men niet graag heeft

“Jullie die geloven! Weest standvastig voor God als getuigen van de rechtvaardigheid. En laat de afkeer van bepaalde mensen jullie er niet toe brengen niet rechtvaardig te zijn. Wees rechtvaardig, dat is dichter bij godvrezendheid. En vreest God. God is welingelicht over wat jullie doen.” (Koran 5:8)

 

– Beantwoordt een slechte dat met een daad die beter is

“En de goede daad en de slechte daad zijn niet gelijk; weer die [slechte daad] af met iets dat beter is. Dan zal hij, tussen wie en jou vijandschap was, een boezemvriend worden. Maar het wordt slechts aan hen die geduldig volharden aangeboden; het wordt slechts aangeboden aan iemand met geweldig geluk.” (Koran 41:34-35)

 

– Respecteert zijn ouders

“En jouw Heer heeft bepaald dat jullie alleen Hem zullen dienen en dat men goed moet zijn voor de ouders; of nu een van tweeën of allebei bij jou de ouderdom bereiken, zeg dan niet:’Foei’ tegen hen, bejegen hen niet onheus en spreek op een hoffelijke manier tot hen. En wees uit barmhartigheid voor hen nederig en ontvankelijk en zeg: ‘Mijn Heer, erbarm U over hen, zoals zij mij grootbrachten toen ik klein was.'” (Koran 17:23-24)